Onze
fractie werkt in het Hoogheemraadschap van Delfland (waterschap) hard aan het scherp
houden van prestaties en kosten. Bij de begroting verzilverden wij dat in een
lager tarief voor 2017.
Waterbeheer
mag iets kosten, mits verantwoord. Na jarenlange stijging heeft de VVD afgedwongen
dat tarieven en schulden omlaag gaan. En de kwijtschelding voor zuivering van
afvalwater dus overboord ging: elke vervuiler betaalt nu mee. Daardoor kan het
tarief komend jaar 2,5% naar beneden, met uitzicht op verdere verlaging in 2018
en daarna. Dat maakt voor hogere inkomens geen enorm verschil. Maar wel voor hardwerkende
mensen met lagere middeninkomens, die nooit subsidies of toeslagen krijgen. En
soms netto slechter af zijn dan mensen met een uitkering. Een
onrechtvaardigheid die de VVD steevast bestrijdt. Andere waterschappen nemen nu
ons voorbeeld over!
Intussen presteert Delfland op hoog niveau, o.a. bij het voorkomen van overstroming. Zie de tv-serie “Als de dijken breken” - dat gaan wij in ons gebied dus niet meemaken. Maar er zijn ook andere risico’s: klimaatverandering veroorzaakt steeds forsere wolkbreuken. Ons werkgebied kent veel verstedelijking en ook daarbuiten flink wat bedrijfs- en kantoorbebouwing. Dat is een ander soort bedreiging voor “droge voeten”. Dus werken wij, en met name onze hoogheemraad Houtzager, aan het tegengaan van “verstening”, want stenen absorberen geen regenwater. Dat spoelt weg naar het riool en loopt over in waterwegen: grachten, vaarten, sloten. Maar die kunnen die massa regenwater vaak niet goed aan. Gevolg: onnodig hoge kosten om wateroverlast tijdig “weg te werken”.
Maar liberalen kijken niet alleen naar de
overheid. Bewoners en bedrijven moeten ook zelf aan de slag met wateropvang -
groene daken, regentonnen, minder betegeling in tuinen en doorlaatbare
bestrating van parkeerterreinen. Ons doel is dus: “iedereen bewust van water”. Zodat
droge voeten niet onbetaalbaar worden.